De krokus haast zich naar de velden
de narcis danst al op de wind
het klokje wil zich gaarne melden
en speenkruid gaat al door het lint
De pinksterbloem is ook in aantocht
daar glinstert al een boterbloem
het fluitenkruid komt zo in optocht
met de fanfare van bijgezoem
Eerst nog wat madelievenkransjes
wat paardebloem en gladiool
de klein- en grote hoefbladdansjes
op maat van de oude bosviool
De hondsdraf alom paars behangen
omhelst de klaver en margriet
de netel brandt ook vol verlangen
wanhopig roepend vergeet-mij-niet
Ook grassen naderen daarginder
met het ene na het andere riet
en ruisen rond de speelse vlinder
het allerhoogste lentelied
Zo trekt het corso door den lande
een feestgevoel bij mens ontwaakt
van jong tot oud klapt in de handen
daar voorjaar het een zomer maakt